Witte Paard 1 legt de loper uit
Voor alle teams in de 4e klasse KNSB was het op 15 september natuurlijk een nieuwigheid maar voor tegenstander Zuid-Oost United (een externe samenwerking tussen SGA-clubs Isolani en Chaturanga) was het ook echt het zaterdagdebuut. En wij zijn in dat soort situaties meestal de beroerdste niet om dat een beetje op te luisteren. Om te beginnen moesten er de nodige invallers van stal worden gehaald en lukte het uiteindelijk maar net om het team compleet te krijgen. Menigeen had zo zijn reden om niet te kunnen waarbij die van André de meest stringente was: gezondheid. Vanaf deze plek beterschap toegewenst! Van de spelers die wel van de partij waren en in de slotwedstrijd van afgelopen seizoen nog zo fraai boven zichzelf uitstegen gaf, op een enkeling na, ditmaal niemand thuis. Aan de speelzaal, die afgezien van de enigszins zuinige cafébelichting verder oké was en ook door vrijwel iedereen tijdig bereikt werd, kan het in ieder geval toch niet gelegen hebben.
Beginnen we met de partij van onze last minute invaller Albert. Hij had natuurlijk liever plaatsgenomen achter de tafels van de Kennemer Open maar onder het motto 'niet geschoten is in ieder geval mis' ging hij de ongelijke strijd aan. Had hij maar tijdig zijn koningspaard ontwikkeld (wat tegen een d4-opening toch vrijwel altijd binnen een aantal zetten gebeurt) dan was er waarschijnlijk een lange manoeuvreerpartij ontstaan. Nu speelde hij tegen de gouden regels tweemaal met zijn koningsloper die daarna geruild werd op f6. Zijn witte collega kon in het vervolg dood en verderf zaaien langs de diagonaal a3-f8. OK, niet overdrijven, de schade bleef beperkt tot een kwaliteit maar toen daar ook nog eens een witte vrijpion bijkwam was het gedaan.
Dankzij uw verslaggever werd het echter al snel gelijk. Uit het enige rapidtoernooi dat hij afgelopen seizoen speelde kon hij zich nog de opening herinneren die tegen de te verwachten tegenstander op het bord kwam. Destijds een gedegen afbraakvariantje waarin ik het eindspel won en ditmaal een iets ambitieuzere aanpak waarin ik ten opzichte van de weliswaar vluchtig bekeken stelling ook nog een tempo meer had. Dat maakte het eventuele inslaan op b7 voor wit nog onaantrekkelijker en in plaats daarvan deed mijn tegenstander wat pionnen in de aanbieding. Dat leverde echter niet het gewenste stukkeninitiatief op en een toevlucht tot een wanhoops paardoffer kon gemakkelijk opgevangen worden.
Paul had een Middengambiet aanvankelijk iets te voorzichtig aangepakt, zeker voor zijn doen. Toen hij er later toch nog een pionnetje tegenaan dacht te kunnen gooien kwam hij van een koude kermis thuis. Wit kon afwikkelen naar een dubbel toreneindspel waarbij die van Paul ook nog eens tot passiviteit gedwongen waren.
Gelukkig was Jan Rot zo alert om een combinatie met een gat af te straffen. Zijn tegenstander dacht pion c4 te kunnen offeren omdat de witte toren tijdelijk ongedekt kwam te staan maar een loperschaakje op d5 loste dat probleem op zodat Jan met alle genoegen ook nog een op d6 aangeboden loper incasseerde.
Problematisch werd het toen Kees zich ondanks lang verzet na een ongelukje in de opening toch gewonnen moest geven. In het Frans dacht hij met b4 de zwarte loper terug te jagen maar die kon inslaan op f2. Normaal hou je dan 2 lichte stukken voor de toren over maar het paard op f3 ontkwam niet aan een penning zodat zwart een kwalititeit voorbleef.
En bij Jan Brink was het ook al snel misgegaan toen hij kennelijk even vergeten was dat pion f2 gepend stond waardoor de zwarte dame zomaar een paard op g3 kon meenemen. Met dame en toren wist hij nog wel wat tegenspel op de damevleugel te ontwikkelen maar uiteindelijk ontkwam de zwarte koning.
De beslissing viel toen Jaap zich na de tijdcontrole bij een vesting van toren + loper tegen dame neer moest leggen. Aanvankelijk had hij daar ook nog een paard bij gehad toen zwart zijn al niet bepaald gelukte stukoffer alleen een vervolg kon geven met een dameoffer. Maar daar kwamen ook nog de nodige pionnen bij en op zeker moment moest het paard zich opofferen om de witte koning uit een matnet te redden. Via de witte velden probeerde Jaap zijn koning nog in de aanval te betrekken maar die kon toch steeds weer afdoende weggejaagd worden door de toren.
En zo was de partij van Robin op het eind voor de matchpunten niet belangrijk meer. Terwijl hij inmiddels toch op voorbeeldige wijze via een pionnenmars op de koningsvleugel het initiatief naar zich toegetrokken had. Een onnauwkeurigheidje dwong hem tot dameruil waarna de aanwezigheid van ongelijke lopers de remisemarge opeens heel groot maakte. Zeker toen wit ook nog eens paardruil kon afdwingen. De slotstelling leende zich misschien nog wel voor een alles of niets poging maar dat hoefde dus niet meer.
Zuid-Oost United - Witte Paard 1 5 - 3
(Waldemar Moes 1939 - Kees Dekker 2045 1 - 0, Jonathan van Nie 1951 - Chris de Saegher 2131 0 - 1, Almar Sternau 1905 - Jan Brink 1927 1 - 0, Jasper Boonstra 1836 - Paul van Haastert 1947 1 - 0, Maarten Mellegers 1794 - Jaap de Berg 1816 ½ - ½, Pjotr van Nie 1641 - Robin Mandersloot 1768 ½ - ½, Rafik Mohamedjoesoef 1788 - Jan Rot 1809 0 - 1, Matthieu Kerbosch 1684 - Albert de Wit 939 1 - 0)